Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want het [37]verderf Gods was bij mij een schrik, en ik [38]vermocht niet [39]vanwege Zijn hoogheid. 37. Dat is, dat God den verdrukkers der armen toezendt. 38. Dat is, ik had gans geen kracht, te weten om voor Hem te bestaan en zijn wrekende hand te verdragen. 39. Dat is, uit oorzaak van zijn schrikkelijke majesteit en overgrote macht.